Het ontstaan van games
Heel veel mensen starten dagelijks de computer of hun console aan om lekker te gaan gamen. Games vormen een bron van ontspanning na bijvoorbeeld een drukke dag. Hoe zijn computerspelletjes nou eigenlijk ontstaan? Wat was de eerste game ooit en hoe werd het succes zo groot zoals we het tegenwoordig kennen?
Eerste games
De allereerste game was het spel Tennis for two (In het Nederlands: Tennis voor twee). Het spel werd in 1958 uitgevonden door de Amerikaan William A. Higinbotham. Hij werkte in het laboratorium van de kerncentrale Brookhaven National Laboratory in New York. Op open dagen liet het laboratorium dan het spel zien.
Wetenschappers zijn het er niet helemaal over eens of Tennis for two er echt voor heeft gezorgd dat videogames zouden ontstaan. Niemand kan er helaas het echte antwoord op geven, dus het blijft gissen.
Spacewar!
Na Tennis for two verscheen Spacewar! in 1962. Het spel was alleen te spelen door mensen die op een universiteit les kregen. Het was een spel waarin je met een ruimteschip de tegenstander moest neerschieten. Ook speelde zwaartekracht een grote rol in het spel. De meeste mensen hadden dus nog geen flauw idee dat er computerspelletjes waren die gespeeld konden worden. Pas veel later, in 1973, werd het spel opnieuw uitgebracht en werd het een succes.
Pong
In 1972 kwam de eerste echte doorbraak in de games: Pong. Het spel wordt nog steeds regelmatig gespeeld door allerlei soorten gamers. Op internet zijn er veel varianten van te vinden die gratis te spelen zijn. Pong bestaat uit twee balkjes die een blokje naar elkaar overspelen. Echt mooi zag het er nog niet uit, maar toch was Pong razend populair. In de amusementshallen konden mensen voor een kwartje een potje Pong spelen op een arcademachine.
Arcademachines zijn speelautomaten die je voornamelijk in amusementshallen kunt vinden. Op een arcademachine kan meestal slechts één spel worden gespeeld. Bijvoorbeeld Pong, Frogger, Flipper of een racegame.
Consoles
De allereerste console was de Magnavox Odessey. Deze spelcomputer was geen groot succes. De kwaliteit was heel slecht en er werd niet eens een score bijgehouden. Er waren maar weinig mensen die dit apparaat in huis hadden.
De tweede spelcomputer was een stuk populairder: de Atari 2600. Atari liep echter veel geld mis, omdat andere bedrijven kopieën maakten. De Atari 2600 werd vanaf 1975 gemaakt. In 1985 kwam de eerste console van Nintendo: de NES. De gamers maakten kennis met Mario, het kenmerk van Nintendo. De kwaliteit van de spellen was flink vooruit gegaan.
De eerste handheld verschenen in 1989. De Gameboy (ook van Nintendo) kwam ongeveer tegelijkertijd uit met de Atari Lynx. De Gameboy was in zwart wit, maar de Atari Lynx had al een kleurenschermpje.
In datzelfde jaar besloot Sega de strijd aan te gaan met Nintendo. Ook Sega kwam met een console voor op de televisie. Ze noemden hun spelcomputer Sega Megadrive. Het speelfiguur Sonic werd een echte concurrent van Mario. Sega kwam met wat spelletjes die voor de oudere jeugd interessant waren, bijvoorbeeld het vechtspel Mortal Kombat. De mensen die games speelden, waren vaak óf fan van Nintendo óf van Sega.
Nog meer consoles voor games
Na de NES en de Sega Megadrive kwamen de consoles in een rap tempo op de markt. De Super Nintendo, de Xbox, de Nintendo DS, de Playstation en de Wii. De simpele tekeningetjes van Pong zijn ondertussen veranderd in realistische grafische beelden met mooie muziek eronder. Ook hoef je tegenwoordig niet eens meer op de bank te zitten, maar kun je ook actief gamen, zoals met de Wii en de Xbox Kinect. Je hebt dan een afstandsbediening die op beweging reageert of je kunt zelfs je eigen lichaam als controller gebruiken.
Toekomst van games?
In de toekomst zal er ongetwijfeld nog veel meer gebeuren op het gebied van gamen. Misschien kunnen we onszelf in de toekomst in een virtuele wereld teleporteren, of wordt de woonkamer wel volledig een game. De ontwikkelingen staan in ieder geval niet stil en het is altijd maar de vraag wat de volgende stap zal zijn. We zullen moeten afwachten!